dochter van
Maarten Goudriaan en Marrigje van Meijeren
echtgenote van Albert Schuurman
Vermeldingen
- is geboren op 3 april 1882 te Uithoorn.
- woont (bij ouder(s)) Oetgenspad te Amsterdam na oktober 1884 - Inschrijving oktober 1884 uit Nieuwer Amstel. Het gezin woonde eerst: Oetgenspad 43, daarna, vanaf december 1887: Oetgenspad 15.
- woont (bij ouder(s)) te Amsterdam tussen januari 1890 en 6 juni 1899 - Uitschrijving 6-6-1899 naar Den Helder.
- woont Jacob van Lennepstraat 212 te Amsterdam op 15 juni 1908 - Met echtgenoot Albert Schuurman, werkman.
- woont te Amsterdam voor 7 oktober 1941.
- is overleden op 7 oktober 1941 te Amsterdam.
ongedateerd
- Alias Riek - Tante Rie sprak over tante Riek.
- Met betrekking tot Frederika Goudriaan werd verteld - Dat het in Opa's jonge jaren geen vetpot was, was ons al duidelijk geworden. Opoe's vader, Maarten Goudriaan, was meestertimmerman en had het misschien wat minder slecht. (Ik noem haar in dit stukje verder - met alle respect - Adriana; 'Opoe' klinkt op die leeftijd wat ál te prematuur.) Adriana Goudriaan werd geboren aan het Oetgenspad, op 8 augustus 1888. Dat pad lag waar nu de Eerste Oosterparkstraat ligt, tussen de huidige Wibautstraat en de Amstel. Daar lagen ten tijde van Adriana's komst huisjes langs sloten. Die huisjes waren steeds meer in verval geraakt en niet lang na haar geboorte werd daar de Oosterparkbuurt opgebouwd. In die buurt werden later wat betere woningen betrokken. Onze grootmoeder was de laatste in het gezin Goudriaan. Er waren al twee zussen uit een eerder huwelijk; de oudste was bijna twintig toen Adriana ter wereld kwam. Haar moeder, Marrigje van Meijeren, had al zeven kinderen gebaard, van wie er vier in leven waren gebleven. Tante Rie sprak wel eens over hen: Tante Aaltje, Oom Henk, Tante Riek en Oom Toon. Die tante Aaltje herinner ik me nog, hoewel, alleen een schim is me bijgebleven; ze woonde een blauwe maandag in bij Opoe in de Ternatestraat, waar zij is overleden. Marrigje van Meijeren overleed iets meer dan een jaar na Adriana's geboorte. Tante Rie vertelde ooit dat zij bezweek aan de geboorte van nog een kind. Maar zeker is dat zij stierf aan buiktyfus. Het één kan natuurlijk verband houden met het ander. Verzwakt en aan een niet al te frisse sloot wonen in een vervallen buurt? De zorg voor de jongste zal Maarten Goudriaan met zijn niet zo heel kleine gezin teveel zijn geworden, want Adriana kwam pas vanaf december 1893 weer bij haar vader wonen, vijf jaren jong. Ze had daarvoor in Uithoorn gewoond, kennelijk bij familie. Haar vader trouwde niet lang daarna, in 1895, met zijn derde echtgenote. In de herfst van 1897 verbleef Adriana nog eventjes in Mijdrecht, vast alweer bij familie. Vroeg in 1904, ze was vijftien, verliet Adriana de ouderlijke woning. Ze woonde op een achttal adressen in, in Amsterdam, met een kort intermezzo in Diemen. Zonder twijfel was zij op al die adressen dienstmeisje. Haar laatste inwoonadres was bij een zus van haar toekomstige echtgenoot, kort voor dat huwelijk. Na de dood van Marrigje van Meijeren had Maarten Goudriaan verzuimd voogdij aan te vragen voor zijn minderjarig kind Adriana. In juni 1908, ze was toen al bijna twintig, werd haar broer Henk Goudriaan benoemd als haar voogd; pa Maarten Goudriaan werd te zelfder tijd toeziend voogd. Die formaliteiten waren vereist vanwege haar voorgenomen huwelijk met Opa. We wisten al dat zij de maand daarop trouwden.
Eigen code:
VIII-1 gerelateerd
Beschrijving
Roepnaam volgens mijn tante Rie.
|