Catharina Godefroi (1892-1943)
briljantsnijdster
51 jaar
 

foto dochter van Joël Godefroi en Francisca de Jong
echtgenote van Adolf Samson de Levita

Vermeldingen

  • is geboren op 24 mei 1892 te Amsterdam (Volgens Bevolkingsregister Amsterdam).
  • is briljantsnijdster op 12 oktober 1922 te Amsterdam.
  • woont (als hoofdbewoner en/of partner) te Amsterdam na 15 oktober 1922 - Inschrijving 15-10-1922 van Joel Godefroi, geboren 1863, geen uitschrijving. Geen adressen genoteerd.
  • is diamantbewerker sinds april 1934 - Kreeg na overlijden van haar man werk als diamantbewerkster en zorgde voor de drie kinderen.
  • C. Godefroi ondertekent een familieannonce te Amsterdam op 17 februari 1935 te Amsterdam wegens: Overlijden van haar zwager Louis de Levita. Zij ondertekent samen met haar schoonzuster).
  • C. Godefroi ondertekent een familieannonce op 8 augustus 1935 wegens: Overlijden van haar schoonzuster Bertha Brilleman-de Levita. Zij ondertekent samen met haar schoonzuster.
  • diamantbewerker woont (in welke hoedanigheid is niet vastgelegd) Sarphatistraat 143 drie hoog te Amsterdam in februari 1941 - Woont hier met haar zoons (Frans en Henri genoemd; David Joel overleefde de oorlog). Er is van haar een jokosdossier en een vrijstelling voor diamantbewerkers (zie afbeeldingen).
  • wordt vermeld sinds 1942 - Bij de eerste oproepen die kwamen in juli 1942, was er ook een voor haar zoon David. Cato ging ermee naar hun buurman Freddie Bolle, een bekend Zionist die onmiddellijk actie ondernam en hem liet benoemen tot koerier bij de Joodse Raad. Daarmee was hij voorlopig vrij van deportatie maar moest stukken rondbrengen. Later kreeg Cato, die nog steeds als diamantbewerkster werkte, een zogenaamde diamantstempel, wat ook weer voorlopig uitstel gaf. Zo sukkelden zij door tot mei 1943. Toen ging een vriend onderduiken; om afscheid te nemen ging David bij hem logeren. Toen hij de volgende ochtend terug wilde gaan naar huis kon hij de wijk niet in, omdat deze was afgezet door de Duitsers: het was de razzia van 26 mei 1943 waarbij Amsterdam-Oost werd leeggehaald. Ook Cato en haar twee jongste zoons werden toen meegenomen. Catharina de Levita-Godefroi is met haar zoon Henri op 4 juni 1943 vermoord in Sobibor. Haar zoon Frans is in 1944 vermoord in Auschwitz. Haar zoon David overleefde de oorlog in de onderduik. Hij werd hoogleraar in de kinderpsychiatrie en psychoanalyticus. Over zijn moeder schreef hij: “Voor iedere overlevende betekent de Holocaust niets dan onbeschrijfelijk verdriet. Voor mij is het verlies van mijn moeder onverdraaglijk, omdat het vaste voornemen uit mijn kindertijd: haar liefde en zelfopoffering later te belonen door dan voor háár te werken, onmogelijk was gemaakt. Het is mijn ideaal, zó te zijn als zij is geweest.”.
  • wordt vermeld in 1943 te Westerbork - Fie en Jet waren de twee jongste zusters van Catharina Godefroi. Twee schatten van mensen waren dat. Beiden woonden bij hun moeder. In ieder geval woonden ze in 1940-1941 samen met hun moeder in de Pieter Aertszstraat 96 I. Na hun werk kwamen ze naar het gezin van Catharina Godefroi (woonde toen in de Rijnstraat). Zij bleven bij de kinderen tot hun moeder thuis kwam van haar werk. Catharina Godefroi werkte toen bij Schijveschuurder. Zij werkte ook voor een mijnheer Van Straaten die in de Noorder-Amstellaan woonden (tegenwoordig de Churchillaan). Toen zij nog thuis werkte had zij de apparatuur thuis staan. Die stond in een apart kamertje (aan de Weesperzijde op zolder). Daar stond een werktafel. Onder die tafel zat een motor en daarboven zat een machine. Daar werd een soort van dop op geschroefd. Daarop zat de diamant.
  • is vermoord op 4 juni 1943 te Sobibor (PL) (Volgens 'In Memoriam').
   ongedateerd
  • wordt vermeld - Dacht aan niets anders dan aan het belang van de kinderen en cijferde zichzelf volkomen weg. Haar familie hielp zoveel mogelijk. Er was geen geld voor vakanties, maar zij loste dat op door haar kinderen in de zomer naar de Joodse zee- en boskolonie (Jozeboko) in Wijk aan Zee te sturen. De kinderen hadden een heerlijke jeugd tot in 1942 de deportaties begonnen.
  • wordt vermeld - Catharina is geboren in een familie van eenvoudige nette mensen, waarin nog de echo voelbaar was van het feit dat ze eens de eerste Joodse minister uit de geschiedenis van Nederland hebben opgeleverd: Michel Henry Godefroi was minister van Justitie in het eerste kabinet Thorbecke en de familie had een zekere trots over zijn bestaan. Van de welstand die verbonden was aan de status van minister, was echter niets overgebleven aldus haar zoon David de Levita.
  • wordt vermeld te Amsterdam - Verhuisd van de Weesperzijde naar de Rijnstraat 61. Jet Hegt, die inwoonde, sliep in een zijkamertje. best wel ruim eigenlijk. Had in een zijkamer haar werktafel staan, voor haar werk als diamantsnijder.
  • wordt vermeld te Amsterdam - Het huis van Catharina de Levita-Godefroi was een vrouwenhuishouding. In het gezin was, na het overlijden van haar man, maar één jongen: Michel. Verder alleen maar dochters én ook tantes en dan ook nog eens allemaal ongetrouwd.
  • is diamantbewerker - Trouwde in 1922 - een ietsje laat, ze was 30 - met zo een diamantbewerker: de vooraanstaande socialist Dolf de Levita die meer dan 20 jaar ouder was dan zij en eigenlijk, als in zijn studie gesjeesde rabbijn, een halve intellectueel was. Hij zou van het seminarium verwijderd zijn omdat hij Multatuli las.
  • is diamantbewerker - Was, net als verschillende andere familieleden, diamantbewerkster geworden, een beroep dat met zich meebracht dat men in zeer wisselende financiële omstandigheden moest leven - al naar de conjunctuur van het moment de behoefte aan diamant groter of kleiner maakte. Diamantbewerkers hoorden enerzijds tot de arbeidersklasse, maar behoorden daarin tot de meest actieve op het gebied van strijd om betere levensvoorwaarden en waren de eerste socialisten, maar anderzijds hielden ze van luxe en er gingen verhalen over diamantbewerkers die in de zogenaamde Kaapse Tijd (omdat er in deze periode een grote hoeveelheid diamanten werd gevonden in Zuid-Afrika) hun sigaar aanstaken met een tientje.
  • is briljantsnijdster - Ze volgt de opleiding tot briljantsnijdster, wordt lid van de ANDB en ontwikkelt zich tot een actief Bondslid.
  • is diamantslijper te Amsterdam - Ze moest altijd werken. Zij deed thuiswerk, zij was werkzaam in de diamantsector. Thuiswerken deed ze vooral toen haar man nog leefde. Na zijn overlijden ging ze ook wel buitenshuis werken. Voor zover valt na te gaan, heeft zij tussen 1909 en 1940 altijd gewerkt. Natuurlijk waren er perioden van werkloosheid. Zij is vier keer met zwangerschapsverlof (drie weken) geweest. Naast dit verlof kreeg ze een uitkering van tien gulden. Toen zij buitenshuis ging werken kwamen haar zusters oppassen.
  • Alias Cato - Werd door haar man Cato genoemd.

Eigen code:

VII-2 schoonzuster


Woonplaatsen

  na 1922     vermelding woonplaats     Amsterdam    
  in 1941     vermelding woonplaats     Amsterdam     Sarphatistraat 143 drie hoog

Beroepen

        vermelding beroep     diamantbewerker  
        vermelding beroep     briljantsnijdster  
        vermelding beroep     diamantslijper  
  in 1922     vermelding beroep     briljantsnijdster  
  sinds 1934     vermelding beroep     diamantbewerker  

Bronnen


Creative Commons-Licentie
2020, J. Sturkop