man
echtgenoot van Elisabeth Nieuwkerk
Vermeldingen
- is geboren op 1 januari 1836 te Arnhem.
- wordt vermeld als vennoot en/of directeur in 1865 te Amsterdam - Na de dood van de oprichter neemt hij (schoonzoon van de oprichter) het bedrijf over, samen met zijn zwager Mozes Barend Benjamin Nijkerk.
- Woont te Amsterdam, vermeld op 21 februari 1866 als erfgenaam - Hij erft van zijn schoonvader de helft van de helft = een kwart van de onroerende goederen: (1) Huis en erve Roeterseiland 5482, vroeger 5356, nog vroeger 5156, 61 are en 21 centiare en (2) percelen Roeterseiland sectie, 5227, 5228 en 5229, vroeger 4831, 4773, 4722, 4605, 4768, 4469, nog vroeger 4299 en 4307, 5 roe en 54? De rest van de boedel wordt gelijkelijk verdeeld.
- koopman te Amsterdam, is huwelijksgetuige van Benjamin Nieuwkerk en Bluma Flora Kleinmann op 26 juli 1876 te Amsterdam - Oom van de bruidegom..
- David Izak Prins, koopman te Amsterdam, is huwelijksgetuige van Benjamin Tak en Clara Nieuwkerk op 21 juni 1882 te Amsterdam - Oom van de bruid.
- koopman in metalen te Amsterdam wordt vermeld in zakelijke annonce in juli 1891 te Amsterdam met de tekst: “Blijkens … Juli 1891 ….. hebben de Heeren MOZES BAREND BENJAMIN NIJKERK en DAVID ISAAC PRINS, Kooplieden in Metalen, wonende te Amsterdam, in Vennootschap met elkaar den handel drijvende in Metalen onder de firma B.J. NIJKERK, als mededeelgenoten in die Vennootschap opgenomen de Heeren BENJAMIN (zich schrijvende B.J.) NIJKERK en KOOPMAN NIJKERK, beiden zonder beroep, en te Amsterdam woonachtig, die als Vennooten in gezegde Vennootschap zijn getreden. Voorts ….. als tot dusverre zal worden gedreven onder de Firma B.J. NIJKERK, ….. De Vennootschap wordt voortgezet … tijd van vijf jaren, ingegaan op den eersten Januari 1891 …. Eindigende ultimo December 1895 (met reglement voor continuering). Ondertekening: Mr. S.J.I.A. Mulder, notaris. Plaats en datum: Geen.” David Isaac Prins neemt dus samen met zijn vennoot (en zwager) Mozes Barend Nieuwkerk zijn neven Benjamin en Koopman Nieuwkerk als vennoten op het bedrijf..
- te Amsterdam wordt vermeld als vennoot en/of directeur in juli 1891 te Amsterdam - Neemt samen met zijn zwager en medevennoot Mozes Barend Nieuwkerk zijn neven Benjamin en Koopman Nieuwkerk op als medevennoot in 'den handel drijvende in Metalen onder de firma B.J. Nijkerk'..
- koopman in metalen wordt vermeld als vennoot en / of firmant op 6 juli 1891 te Amsterdam - Neemt, samen met zijn medevennoot Mozes Barend Nieuwkerk, Benjamin en Koopman Nijkerk op in hun firma B.J. Nijkerk. Hij ontvangt 30% van de netto winst.
- koopman te Amsterdam, is huwelijksgetuige van Koopman Nieuwkerk en Eleonora Lob op 15 september 1891 te Amsterdam - Oom der bruid.
- koopman in metalen te Amsterdam wordt vermeld in zakelijke annonce in december 1893 te Amsterdam met de tekst: “Blijkens …. Ins tussen de Ondergeekenden DAVID ISAAC PRINS, BENJAMIN (zich noemde B.M.) NIJKERK en KOOPMAN NIJKERK, kooplieden te Amsterdam woonachtig, overeengekomen de tusschen hen na het overlijden van hunnen medevennoot, den Heer MOZES BAREND BENJAMIN NIJKERK, voortgezette, hier ter stede gevestigde vennootschap onder de firma B.I. NIJKERK, ten doel hebbende den handel in metalen, op de bestaande voet de continueren tot ultiomo December 1897 (met reglement voor continuering). Ondertekening: D.I. Prins, B.M. Nijkerk, K. Nijkerk. Plaats en datum: Amsterdam, December 1893”. Hij zet dus na de dood van zijn vennoot (en zwager) Mozes Barend Nijkerk het bedrijf samen met diens zonen voort..
- te Amsterdam wordt vermeld als vennoot en/of directeur in december 1893 te Amsterdam - Zet samen met zijn neven en medevennoten Benjamin en Koopman Nieuwkerk, na de dood van zijn zwager en medevennoot Mozes Barend Nieuwkerk, de firma B.J. Nijkerk voort ('ten doel hebbende den handel in metalen, op de bestaande voet de continueren').
- ondertekent een familieannonce te Amsterdam op 21 mei 1906 te Amsterdam wegens: Overlijden van zijn schoonzuster Duifje Nijkerk-Sturkop.
- wordt vermeld als vennoot en / of firmant in 1907 te Amsterdam - Zijn kapitaalrekening bij de firma bedraagt ruim f. 135.000,--, de particuliere rekening ruim f. 75.000,--.
- wordt vermeld als vennoot en / of firmant in 1907 - Ontvangt f. 1887,75 uit de verlies & winstrekening.
- is overleden op 12 december 1908 te Amsterdam.
- te Amsterdam wordt vermeld in overlijdensannonce op 12 december 1908 te Amsterdam met de tekst: “Heden overleed onze geliefde “Heden overleed tot onze diepe droefheid onze innig geliefde Echtgenoot, Vader, Behuwd- en Grootvader, de Heer D.I. PRINS in den ouderdom van 72 jaar. Ondertekening: Weduwe en kinderen en kleinkinderen. Plaats en datum: Amsterdam, 12 December 1908.” De ondertekenden (naast de weduwe) zullen zijn kinderen zijn: . Estella (dan ook al weduwe) . Mietje (gehuwd met Keyser) . Florence (C, gehuwd met Engers) . Isaac (gehuwd met Stern) . Marianne (gehuwd met Deen) . Anna (gehuwd met notaris Heimans) . Helena . Benjamin David . Liepman (eveneens gehuwd met Stern).
- wordt vermeld als vennoot en/of directeur op 12 december 1908 te Amsterdam - Hij overlijdt. Volgens contract uit 1891 volgt zijn zoon Isaac David Prins hem nu als vennoot op.
- wordt vermeld op 23 januari 1911 - De scheidingsakte voor de nalatenschap van D.I. Prins bevat een zee van informatie.
- Vermeld op 23 januari 1911 als erflater - Laat zijn boedel na aan zijn negen kinderen. Zijn onroerend goed gaat naar de vennoten van de firma B.J. Nijkerk. Tot dan was ook het onroerend goed in het onverdeeld bezit van alle kinderen. Per deze akte is daaraan een einde gemaakt.
- wordt vermeld als vennoot en / of firmant op 23 januari 1911 te Amsterdam - Zijn onroerend goed gaat naar de vennoten van de firma B.J. Nijkerk (zijn zoon Isaac David Prins en zijn neven Benjamin en Koopman Nieuwkerk). Het onroerend goed bestaat uit: (A) Percelen te Amsterdam aan de Nieuwe Achtergracht, sectie O, nr. 1301 als loods en erf, 61 are en 21 centiare (was gekocht door wijlen Benjamin Joseph Nieuwkerk en thans wijlen Mozes Barend Nieuwkerk op 25-1-1853) en nr. 2781 als pakhuis, kantoor en erf, 3 aren en 30 centiaren (was gekocht door wijlen Benjamin Joseph Nieuwkerk op 7-6-1843); (B) Percelen te Amsterdam aan de Oostenburgervoorkade, sectie N, nr. 948, als huis, 40 centiare; nr. 1844 als huis en kantoor, 2 aren en 40 centiare; nr. 2436 als werkplaatsen en erf, 36 are en 40 centiare en (C) Perceel te Roosendaal aan de Havendijk en aan de Veemarktstraat, sectie A, nr. 2025, als huis, candijfabriek en erf, 35 are en 70 centiare. De nummers 2781 (in zijn geheel) en 1301 (voor de helft) waren volgens scheidingsakte 21-2-1866 (notaris J. Mulder) toebedeeld aan zijn kinderen Mozes Barend Nieuwkerk en Elisabeth Nieuwkerk (gehuwd met David Isaac Prins). Tot dan was ook het onroerend goed in het onverdeeld bezit van alle kinderen. Per deze akte is daaraan een einde gemaakt. David Isaac Prins was voor 3/10 in de zaken van de vennootschap gerechtigd.
ongedateerd
- is eigenaar of mede-eigenaar van - Sarphatistraat (huis en erf) 55. Gezamenlijk eigendom met Duifje Koopman Sturkop (ieder de helft).
- wordt vermeld als vennoot en/of directeur - Hij was getrouwd met een dochter van de oprichter B.J. Nijkerk: Elsabeth Nieuwkerk. Zij was een zuster van Mozes Barend Nieuwkerk.
Eigen code:
V-8 zwager
Beschrijving
Zie zijn rol in de firma B.J. Nijkerk c.s. bij de rechtspersoon B.J. Nijkerk & Co.
|