dochter van
William Knocker en Dina Sturkop
echtgenote van Max de Vries (gescheiden)
Vermeldingen
- is geboren op 29 januari 1910 te Amsterdam (Volgens Bevolkingsregister Amsterdam).
- costuumnaaister woont (bij ouder(s)) Waterlooplein 78 huis te Amsterdam tussen 29 januari 1910 en 4 november 1934 - Op dit adres geboren op 19-1-1910.
- woont (bij ouder(s)) Amstel 151 huis te Amsterdam na 4 november 1934 - Niet uitgeschreven.
- wordt vermeld in 1935 - Dolly werd benoemd wordt als captain honoris causa van Jack Junior's Dancing School. (Was zij, in plaats van Engelina of Rosalie Sturkop, degene van wie gezegd werd dat zij een dansschool had?).
- wonende te Amsterdam, wordt vermeld tussen 1939 en 1942 te Amsterdam - Ilse Loeb komt vanuit Wenen als pleegkind bij Dina en William Knocker. Zij en Dolly beschouwden elkaar als pleegzus. Was jonge teenager toen haar ouders haar naar een neef na Kristalnacht(?) in Nederland stuurden. De neef kon niet voor haar zorgen en ze kwam terecht, omdat Dolly (woonde toen nog thuis) dat zo graag wilde.
- woont (bij ouder(s)) Amstel 151 huis te Amsterdam voor 20 juli 1940.
- woont (in welke hoedanigheid is niet vastgelegd) Haarlemmerstraat (Leiden) 203 te Leiden tussen 20 juli 1940 en 26 februari 1943.
- wonende Haarlemmerstraat (Leiden) 203 te Leiden, wordt vermeld in december 1941 - Ontvangt een gelukwens (gedateerd 14 december 1941) wegens de geboorte van Hetty, gezonden door oom Eduard en tante Lena Sluys, Jodenbreestraat 60 te Amsterdam.
- wonende Haarlemmerstraat (Leiden) 203 te Leiden, wordt vermeld rond 12 december 1941 - Ontvangt felicitatiekaart wegens de geboorte van haar dochter, van Alexander en Frederika Sturkop en hun kinderen Esther (Elly) en Louis.
- wonende te Leiden, wordt vermeld op 17 december 1941 - Een brief van Alexander Sturkop, zijn vrouw Esther Degen en hun zoons Mannie en Nico, adres Waterlooplein 100 te Amsterdam, waarin een gelukswens aan Dolly de Vries in het Elisabethziekenhuis te Leiden, met de geboorte van Hetty: Waarde Nicht, Neef en klein nichtje, Met blijdschap hebben wij het bericht ontvangen van je bevalling en feliciteren U beiden en ouders (onbekend) met de geboorte van jullie Dochter. Naar wij vernomen hebben is Moeder en Kind gezond en heb jij Dolly zoo goed als geen pijn gehad, nou dat is maar goed ook. Telkens als ik op de Amstel kwam vroeg ik maar steeds wanneer het eindelijk zou gebeuren en zoo zie je aan alles komt een eind dus ook aan je dracht. Dolly hoe is je Man met zijn Dochter, dat zal hij wel reusachtig leuk vinden hé. Ik heb vernomen dat je in het ziekenhuis bent, ik hoop maar dat jij het er goed heeft, en dat je na de 10e dag weer naar huis kan gaan. Nu lieve Nicht en Neef, nogmaals gefeliciteerd, een gezond en spoedig thuiskomst voor jou Dol en het kind, is je toegewenscht door je Nicht en Neef en kleintjes (die zijn inmiddels 15 en 16 jaar). Esther en Alex, Mannie en Nico.
- wordt vermeld op 20 oktober 1942 - Brief aan ouders, Anny en familie (tekst doorgestuurd naar Mineke: moeder Van der Wijk voegde een persoonlijke noot voor Mineke toe). O.a.: 'hartelijke groeten voor [] Max, Dolly, Hetty (fijn dat sperring afkomst).
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker te Amsterdam werd verteld in 1943 te Amsterdam - Had via haar werkgever, waarschijnlijk een kousenfabriek in de Muiderstraat een confectiesper.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker te Amsterdam werd verteld in 1943 te Amsterdam - Woonde met haar man in het getto van Amsterdam (voordien te Leiden).
- wonende te Westerbork, wordt als als gevangene van de bezetter vermeld 1943 of 1944 - Briefjes op naam van Dolly de Vries-Knocker: * een zogenaamde Badekarte (9-12-1943); * een bezoekerspasje voor de strafbarak (20-2-1944); * een briefje met toestemming om buiten de eigen barak te komen (20-9-1943).
- wordt vermeld na februari 1943 - Dolly de Vries-Knocker en Hetty in februari 1943 gedwongen om van Leiden naar Amsterdam te verhuizen. Overleefden oorlog vanwege Engelse komaf van Dolly. Vanuit Westerbork in maart 1944 naar Vittel. Na enerverende bootreis via Spanje en Portugal veilig in Engeland. Dolly keerde terug naar Leiden.
- sokkennaaister woont Krugerstraat 6 een hoog te Amsterdam na 26 februari 1943 - Uitgeschreven 1-11-1943 naar Westerbork Lager.
- wonende Krugerstraat 6 een hoog te Amsterdam, wordt vermeld op 24 mei 1943 te Amsterdam - Sperbewijs van de Joodse Raad. Dolly was vanaf 24-2-1942 werkzaam was in de kleermakerij van de Joodse centrale voor beroepsopleiding en tevens lerares naaien, knippen en patroontekenen. Deze zogenaamde Sper moest deportatie voorkomen.
- wonende te Westerbork, wordt als als gevangene van de bezetter vermeld op 10 juli 1943 - Max en Dolly de Vries schrijven vanuit Westerbork een briefkaart aan een relatie. Dolly heeft Nachtausweis. Ze werkt bij de EHBO. Omdat alle stempels zijn vervallen vreest ze deporatie. Verder zegt zij dat ze best hebben gered; voor jonge mensen is het best uit te houden.
- wordt vermeld in 1944 te Vittel - Dolly Knocker en haar dochter Hetty zijn alleen naar Vittel gereden met de trein. Dolly's zwager Jaap Eweg wachtte hen onderweg van Westerbork, misschien in Amsterdam, bij de trein en gaf Hetty toen kleding van (toen al wijlen) nichtje Lilly van der Wijk). Die waren bij Henny Knocker en Jaap voor haar bewaard. Lily was een stuk ouder dan Hetty. Dolly vertelde dat Hetty er het mooiste uitzag van alle kinderen, met die kleren en dat iedereen verbaasd was dat zij die had. Begrijpelijk, omdat zij net uit het kamp kwam.
- wordt vermeld in 1944 te Vittel - Haar tante Fanny was al een tijd eerder in Vittel, 'want ze heeft ons met vreugde ontvangen', aldus Dolly Knocker.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld in 1944 te Londen (GB).
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld rond 1944 - Jaap Eweg ging spreken met de hoofdcommandant van Westerbork (Gemmeke?), op een fiets met houten banden, om hem om te praten, zodat Dolly Knocker toestemming zou krijgen naar Vittel te gaan. Dolly wilde William Knocker en Max de Vries niet alleen laten. Hahneman zei dat ze een kans had van 1 op een millioen om te overleven als ze niet met haar dochter Hetty weg ging.
- wonende te Westerbork, wordt als als gevangene van de bezetter vermeld voor 7 maart 1944.
- woont (als gevangene van de bezetter) te Vittel na 7 maart 1944 - Vertrek naar Vittel.
- wordt als als gevangene van de bezetter vermeld op 11 mei 1944 te Vittel - Verzoekt in een Geschaftsbrief aan de commandant van het kamp Vittel, of hij de Duitse autoriteiten om autorisatie wil verzoeken haar vader en broer toe te staan zich bij haar in het Kamp Vittel te voegen. Zij zijn beiden Britse onderdanen, geboren in Londen (klopt niet voor haar broer). Dolly weet kennelijk niet dat beiden al onderweg zijn naar Spanje of Portugal (zie hun gegevens en e-mail 2014-035).
- Omtrent Debora Fanny Knocker wordt een gebeurtenis vermeld op 2 augustus 1944 - Zendt een telegram aan haar vader en tante in Engeland en aan dochter Hetty, waarin zij aankondigt dat zij per schip Drottingholm uit Portugal naar hen onderweg is.
- Omtrent Debora Fanny Knocker wordt een gebeurtenis vermeld op 10 augustus 1944 - Zij voer op 10 augustus 1944 met het schip Drottingholm in een uitwisselingsprogramma haar vrijheid tegemoet.
- woont (in welke hoedanigheid is niet vastgelegd) Haarlemmerstraat (Leiden) 203 te Leiden na 1945 - Adres na repatriëring.
- Dolly Knocker woont Kennedylaan (Leiden) 99 te Leiden op 3 mei 1987 - In het telefoonboek staat: D.F. de Vries; dir. N.V. M. de Vries.Telefoon 071-763131. Haar flat bevindt zich op de derde etage boven een winkelgalerij in Leiden Zuidwest, dicht tegen Voorschoten aan.
- is overleden op 12 mei 2002 te Scheveningen (Bericht van haar dochter Hetty: 'Dit is even een bericht om te vertellen dat mijn moeder vanmorgen in haar slaap vredig is overleden. Helaas waren wij er niet bij, zoals ze dat gewenst had. Ze wilde graag dood en de verhuizing naar het verpleeghuis was w.s. de druppel die de emmer deed overlopen. Wij zijn natuurlijk nog in een waas, maar moeten heel snel naar Holland, omdat een joodse begrafenis liefst zo snel mogelijk plaats moet vinden. We zullen in het Visserhuis logeren en Shivve (waak) zitten, na de begrafenis. 'Moge ze in vrede ruste'.
ongedateerd
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld - Foto's van of andere tastbare herinneringen aan haar familie heeft ze niet meer. Dat vertelde zij ons reeds door de telefoon. Na de oorlog bleek haar woning gepulst te zijn. 'Zelfs van mijzelf als meisje niet meer'.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Dolly herinnert zich de naam van Jansje Hont, in verband met de uitdrukking 'Manusje-van-Alles'. Jansje paste altijd op de kinderen. Dolly vermoedt dat Jansje reeds was overleden toen zij jong was, want zij heeft haar nooit gekend.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld - Gré Slap-Sluis heeft nog contact met haar achternicht Dolly Knocker. Nu realiseert Gré zich opeens dat Dolly's moeder wel degelijk een Sturkop was en dat dit wél van belang kan zijn. Ze moet er zelf wat over glimlachen. Het adres is: de Vries-Knocker, Kennedylaan 99 te Leiden, telefoon 071-763131.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Zij kende Louis Sturkop nog, maar wist niet dat hij nog leefde.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Zij vertelde dat in Antwerpen een dochter van Rosalie Robles-Sturkop woont.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Zij heeft geen enkele foto meer: alles was weg na de oorlog. Haar moeder vertelde altijd dat de stam Sturkop met de hugenoten naar Nederland was gekomen.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld te Leiden - Dolly ontving ons met een lunch en we spendeerden de rest van de middag afwisselend pratend en de aandacht vestigend op de televisie. Het was ons bekend dat zij de kampen van de Tweede Wereldoorlog had overleefd, maar niet hoe zij dat had verwerkt en daarmee dienen we uiterst voorzichtig te zijn. Het bleek dat zij daar redelijk vrijelijk over spreekt, maar toch ging zij vrij onduidelijk en vaak ontwijkend op die onderwerpen in, moeilijk geconcentreerd ook, van de hak op de tak. Dat was niet de enige reden dat ik schuchter was in mijn vragen en met het doorborduren op de antwoorden. Ook werd Dolly - terecht - nogal afgeleid door de tv, waarop het hierbij opgenomen programma werd uitgezonden. Ten eerste speelde een bekende van haar mee in het orkest en wees zij ook andere bekenden aan. Maar voor alles was het onderwerp voor haar natuurlijk sterk emotioneel geladen. Bovendien is zij vroom joods gebleven en zong zij regelmatig strofen mee van gebedenzang en was zij zeer onder de indruk van 'Mechaye Hametim'. Uit ons gesprek bleek dat zij genoeg herinneringen heeft over 'die de doden doen herleven'. Bij de beelden van het zojuist geopende Joods Historisch Museum komt de herinnering op, dat zij altijd via de synagoge op het Jonas Daniel Meyerplein, waar zij een eigen plaats had, naar school liep.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld te Leiden - Dolly heeft een neus, die mij voorkomt als een familietrek en die mij direct doet denken aan die op de foto's van met name Jansje Sturkop en profile, sterk geprononceerd, met een terugbuiging van onder. Zij acht zichzelf de enige van de stam die joods is gebleven. Alle anderen zijn gemengd gehuwd of anderszins van het geloof afgestapt. Bij het afscheid toont ze de mezoeza aan de deurpost, waarin de tien geboden worden bewaard. Wij hoorden al van Gré Slap dat Dolly een zeer druk bestaan voor zichzelf organiseert. Ze komt op ons over als een zeer kordate en ondernemende vrouw, die regelmatig ietwat elitaire opmerkingen kan plaatsen. Te zijner tijd zou zij graag een soort reünie van alle verwanten meemaken.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld - Dolly is eerst in Westerbork geweest en daarna geplaatst in een interneringskamp bij Vitel in Frankrijk. Zij had haar dochtertje Henny meegenomen en ze werd een tijdje te werk gesteld in een strafbarak, waarin ook artsen werkten. Doordat Henny ernstig ziek werd is zij gered kunnen worden. In 1944, na de bevrijding door de geallieerden, zijn zij in het kader van de Zweedse Civilian Exchange gerepatrieerd naar Engeland. Intussen waren er problemen ontstaan omtrent de nalatenschap van haar man, die onder meer bestond uit een goed florerend bedrijf. Dolly heeft zestien jaren moeten procederen, maar uiteindelijk werd het gehele aandelenbezit toegewezen aan haarzelf en haar dochter. Vanaf het begin heeft zij de zaak zelf geleid en enkele jaren geleden heeft zij hem verkocht, doch de gebouwen behouden en daarvan leeft zij nu, goed, zoals ze zelf zegt.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Na de terugkomst van Dolly c.s. uit Engeland zijn zij eerst liefderijk opgenomen bij 'tante' Jannie en 'oom' Karel Rehmann (hij was van Duitse afkomst), die in de oorlog tegenover de SS woonden. Zij was in het verzet (had geweren onder de vloer). Dolly en Max hebben er ook een tijdje ondergedoken gezeten voor Hetty's geboorte, schijnt het. Zij bewaarde het tafelzilver van de familie De Vries en Max' piano. Alles kwam keurig netjes gepoetst terug na de oorlog, ondanks dat ze vreselijke honger hadden geleden in de oorlog. Jannie werkte bij de tante van Max op de Haarlemmerstraat als verkoopster en heeft na de oorlog in dezelfde winkel gewerkt. Zij is ook na de oorlog in het huis van Opa en Oma de Vries gaan wonen, dus naast Dolly boven de winkel. Na tante Jannie zijn Dolly en Hetty een tijdje in Noordwijk gaan wonen in een zomerhuis. Vanaf wanneer is niet bekend. Hetty weet alleen dat zij in 1947 een paar maanden naar de kleuterschool in Leiden was. Na die tijd kwam blijkbaar de winkelruimte (van haar oudtante) Haarlemmerstraat 176 weer in hun handen en woonden zij tijdelijk achter die zaak. Hetty herinner zich dat 'auntie' (tante Fanny) en William bij hen woonden. Zij is daarvandaan overleden. Later konden zij (met William Knocker) weer boven Haarlemmerstraat 203 wonen en woonden tante Jannie en oom Karel boven 205. In de winkel zaten nog de Verwalters met een bruidszaak, die ook nog eens gedeeltelijk in brand ging. Zij hoepelden na een tijdje op en toen kon Dolly de winkels, die verbonden waren, weer vullen met kleding en vakkleding. Hetty herinnert zich 'Het Bruidje' (naam van de zaak) nog. William Knocker was ook een Opa voor de twee dochters van tante Jannie en zong altijd 'Daisy, Daisy' voor hen allemaal. Hij mocht van de arts iedere dag een borrel drinken en nam dan in 'The Pub' een enorm glas jenever. Hij had een fantastisch gevoel voor humor.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld - Bij het zien foto's van haar oom Jacob en tante Esther met hun kinderen Louis en Alex herkent Dolly hen direct. Onmiddellijk ook herkent ze de kinderen van haar neef Alex en de interesse is eveneens ook groot voor Louis' oudste kinderen Jack en Regina. De opmerkingen, die zij bij het zien van die foto's maakt heb ik verwerkt in de verdere tekst van dit verslag. Zij toont grote belangstelling voor Louis' tweede vrouw en het feit dat zij op joodse wijze leven, evenals voor Paulette's joodse huwelijk. Tenslotte herkent zij ook Jansje Sturkop heel duidelijk. Loes bleek later ook te zijn opgevallen hoezeer zij geobsedeerd werd door deze plaatjes uit haar verleden. Bij het zien van de foto van haar oom Jacob, herinnert Dolly zich dat alle Sturkop-mannen zo mooi zongen en ook dat haar ouders samen mooie operaduetten ten gehore brachten.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Zij heeft haar oom Jacob Sturkop, haar tante Esther en haar neefjes Louis en Alex goed gekend. Weliswaar waren zij niet 'kwaad met elkaar', maar toch gingen zij niet bijster veel met elkaar om. Vooral met tante Esther vond men weinig aanknopingspunten voor gemeenschappelijke belangstelling.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Dolly herinnert zich haar neef Alex Sturkop (zoon van haar oom Jacob) en diens vrouw Fré goedˇ De foto met hun kinderen treft haar zeer. Zij vond hen een aardig stel en vooral Fré was een erg lief vrouwtje. Hun zoontje trok iets met zijn beentje.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld - Dolly herinnert zich de familie van haar grootvader's broer Alexander, Isaäc, goed. Deze familie maakte deel uit van de voormelde hechte gemeenschap. Zij herinnert zich 'oom Sjaakie' en tante Maria zeer goed. (Dolly meent dat Maria Hont bij haar dochter Rosalie is overleden). Met hun dochters Esther en Engelien was de band hecht en warm. Dat blijkt wel uit de binding tot op de dag van vandaag met Gré, Esther's dochter. Bij het herzien van de foto met Arie en Mary Logher spreekt Dolly van de herinnering aan fijne mensen. Van Isaäc en Marie's andere kinderen is haar niet veel bekend gebleven. Vooral Rosalie en Alex gingen wat Dolly betreft 'de verkeerde kant' op. Als zij dat verscheidene malen heeft gezegd, vraagt Loes wat dat dan wel betekent. Het antwoord is dan dat zij niet zozeer crimineel werden, maar 'no class', uiterst ordinair, zodanig dat er bij hen thuis niet over gesproken mocht worden. Rosalie was in 'het Rode .... (adres nog eens navragen) onder de armsten der armen. Dolly vond Hartog Levit een vreselijk mens en ontzettend ordinair. Als ze een foto van Jansje Sturkop ziet, denkt ze eerst dat dat Rosalie is. Leken zij dan veel op elkaar? vraag ik. 'Ze waren immers zusters'. Dolly herinnert zich ook Jansje Sturkop en voor het interview vertelt zij mij al dat haar dochter Ineke nog in leven moet zijn. Zij ging nog wel eens bij hen logeren, toen Ineke zo'n tien jaar oud geweest moet zijn en herinnert zich Wil Mijsberg als een ontzettend aardige man, die een bankfiliaal dreef of zoiets.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Jacques (van) Norden was de eerste verloofde van Dolly Knocker.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - 'Aunt Ray' bleef in Engeland. Ethel (haar dochter) had voor Dolly en Hetty in Londen een flat gehuurd, vlak bij koningin Wilhelmina, dus een hele goede buurt, later kocht ze (omdat de bommen om hen heen vielen in Londen) een huis in Derby, waar zij nog 2 jaar woonden tot 1947.
- Met betrekking tot Debora Fanny Knocker werd verteld - Er waren hele verhalen over alle dingen die Dina's kinderen Morris en Dolly samen met een groep vrienden en vriendinnen jaren lang hebben meegemaakt. Veel uitgegaan samen, ook culturele dingen. Er is ook een verhaal dat een aantal van hen werk vonden bij een hypnotiseur, en ze in Carré allemaal vrijkaartjes kregen. Het bleek een bedrieger te zijn, want Morris en anderen werden getraind om zich te gedragen als katten e.d. of als biddende mensen in een kerk. In elk geval mochten de anderen voor niets mee zodat iedereen publiek mocht zijn, tot sommigen zich aanmeldden als zgn. vrijwilligers. De anderen mochten ook niet lachen en moesten net doen of het echt was. Ze hebben er heel later vaak om gelachen.
- Met betrekking tot Dolly Knocker werd verteld te Leiden - Haar eigen levensverhaal komt wel - zij het fragmentarisch - uit de verf. Er staat een foto van een jonge man op het wandmeubel. Hij lijkt een knappe en krachtige persoonlijkheid. Ter antwoord op mijn vraag zegt zij dat dat haar man is, van wie ze al vertelde dat hij de oorlog niet had overleefd. Als ik zeg dat hij mij een knappe vent leek dan zegt ze: 'hij was een lief mens, maar daar werd niet naar gevraagd ....'.
Eigen code:
VII-22 kind
Beschrijving
Bron 3597 heeft vrij veel info over hoe het de familie in de oorlog verging.
|