Geurt Cornelis Colverius (?-1719)  

man
echtgenoot van Aletta Ruijs

Vermeldingen

  • is overleden op 20 februari 1719 te Schalkwijk.
   ongedateerd
  • wordt vermeld - Hij is Diaken van de kerk te Schalkwijk. 13 februari 1706 huurt de vader van Hendrijn van Joost Taats van Amerongen acht mergen land 245 Op 27 november 1706 koopt Geurt Colverius (geschreven als Geurt Colleverius) van zijn vader vee en onroerende goederen. Tevens neemt hij zijn vader: Geurt Colleverius in de kost en kwiteert deze voor moederlyk erfdeel (bron: Utrechts archief, notaris M. van Lobbrecht, actenummer 49). Op 27 november 1706 koopt Geurt Colverius (geschreven als Geurt Colleverius) van zijn vader huysinge c.a. boomgaert en land, groot seventhien mergen; Gerecht: Schalkwyk (bron: Utrechts archief, notaris M. van Lobbrecht, actenummer 50). Op 26 janauri 1712 wordt er te Utrecht, door notaris J. Woertman, een testament opgemaakt, waarin de vader van Hendrijntje erfgenaam wordt van zijn vader. Op 8 juni 1716 wordt de erfenis uitgekeerd (notaris M. van Lobbrecht, actenummer 328). Personen: testateur: Cornelis Andriesz Colverius, Woonplaats: Schalckwyck. Erfgenaam: Geurt Cornelisz Colverius, zoon. Hij erft huysinge, hoffstede en twaalf mergen landts. Belendingen: beneden: Jacobus Vernoy. Gerecht: 't Goy. Erfgenaam: Neeltje Cornelis Colverius, dochter, gehuwd met Teunis de Heus (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenr. 82). Op 5 juli 1712 wordt er te Utrecht door notaris T. Vosch van Avezaat een acte opgemaakt waarin Geurt Cornelisz Colverius (geschreven wordt: Kolverius) van Joost Taats van Amerongen acht mergen 245 roeden weylant huurt (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenummer 198). Op 5 augustus 1713 vindt er een openbare verkoping plaats onder notaris M van Lobbrecht en koopt Geurt Colverius van Maria Anna Verbeecq (laatst wed. van Gerard Bosch in leven coopman in graenen) acht mergen bouw- en weyland aan de Blokhovenseweteringe. Belendingen: achter de Hondswyckseweteringe. Gerecht:Schalkwyck, de Beestpolder. Bijzonderheden: leenroerig aan de staten van Utrecht (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenummer 148-3). 24 september 1713 procuratieacte: Procuratie - om te procederen tegen Gerart van Rossem, notaris M. van Lobbrecht. Achternaam: armen. Rol in akte: Constituant. Woonplaats: Schalkwyk; Armmeester: Geurt Colverius. Rol in akte: Armmeester. Woonplaats: Schalkwyck; Gerrit de Cruyf. Rol in akte: voogd. Woonplaats: Schalkwyck; Geconstitueerde: Hermannus Ribbius. Beroep: procureur hove van Utregt (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenummer 154). Op 1 oktober 1713 tekent Geurt Colverius bij notaris M. van Lobbrecht een schuldbekentenis van 500,00 gulden wegens een lening. De schuldeiser is Hendrick Jansz in den Engh (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenummer 155). Op 9 december 1713 verkoopt Geurt Colverius (geschreven als Colleverius) aan Magdalena van Eyck 6 koeien (bron: Utrechts archief, Notariële akten, notaris D. Houtman, actenummer 126). Op 7 juni 1716 wordt er te Utrecht door notaris M. van Lobbrecht een acte opgeaakt over uitkoop - uit de boedel van de vader van Geurt Cornelisz Colverius: Cornelis Andriessen Colverius. Uitkoper: Geurt Cornelisz Colverius; Uitkoper: Anthony de Heus, echtgenoot van Neeltje Cornelis Colverius; Tweede Partij: Hendrick Jansz in den Engh, zwager; Bijzonderheden: Jannitje Cornelis Colverius heeft legitieme portie geërfd renversaal akte (bron: Utrechts archief, Notariële akten, actenummer 327). Op 6 Januari 1720 passeert er een scheidingsacte: verdeling inboedel: Aeltie Theunis Rhuys wed. van Geurt Andriesz Colverius. Woonplaats: Schalkwyk; Tweede Partij: Aeltie Colverius, onmondige dochter; Tweede Partij: Anthony Colverius, onmondige zoon; Tweede Partij: Hendryn Colverius, onmondige dochter. ONZE HENDRIJN COLVERIUS Voogden: Hendrik Janse in den Engh en Anthony de Heus. De boedel bestaat uit: hoffstede ca met 12 mergen boomgaert, bouw- en weyland naar Anthony Colverius; acht mergen land naar Aeltie Theunis Rhuys; een mergen land naar Aeltie Theunis Rhuys; twee mergen land naar Aeltie Theunis Rhuys; de helfte in huysinge en hoffstede met negen mergen land naar Aeltie Theunis Rhuys; Bijzonderheden: de drie eerstgenoemde percelen zyn leenroerig aan de staten van Utrecht. zolang Anthony Colverius onmondig is heeft zyn moeder het vruchtgebruik van hetgeen hem is toegescheiden; de andere helft van de hofstede in 't Goy is eigendom van Hendrik Jansz in den Engh. Tevens wordt aan Anthony Colverius toegescheiden de Cluyttiend te Schalkwyk, eveneens leenroerig aan de staten van Utrecht (bron: Utrechts archief, Notariële akten, notaris M. van Lobbrecht, actenummer 217-1). Op 6 Januari 1720 wordt er Schuldbekentenis opgesteld voor ieder een bedrag van f 150,- by mondig worden en alimentatie tot die tyd, ter voldoening van vaderlyk erfdeel. Schuldenaar is Aeltie Theunis Rhuys. Schuldeisers: Aeltie Colverius, onm. dochter, Hendryn Colverius, onm. dochter en Cornelus Coverius, onm. zoon (bron: Utrechts archief, Notariële akten, notaris M. van Lobbrecht, actenummer 217-2)..

Eigen code:

VIII-1 gerelateerd

Bronnen


Creative Commons-Licentie
2018, J. Sturkop