Karel Joost Nijkerk (1926-?)
psycholoog
 

zoon van Marinus Benjamin Barend Nijkerk (Bob) en Henriette Erna van den Bergh
echtgenoot van Femke Olofsen

Vermeldingen

  • Karel Joost Nieuwkerk is geboren op 9 augustus 1926 te Schaarbeek (B).
  • Karel Joost Nieuwkerk wordt vermeld in geboorteannonce te Brussel (B) op 9 augustus 1926 te Brussel (B) met de tekst: "De Heer en Mevrouw Nijkerk-van den Bergh geven hierbij kennis van de geboorte van hun zoon Karel Joost." Brussel, 9 Augustus 1926. 55 Boulevard Generaal Wabis.
  • Omtrent Karel Joost Nijkerk te Barneveld wordt een gebeurtenis vermeld op 23 december 1942 te Barneveld - Aankomst met ouders in interneringskamp 'Slot Barneveld'.
  • woont (als gevangene van de bezetter) te Barneveld in 1943 - Vooraanstaande families konden zich een plaats verwerven in Kasteel Schaffelaar te Barneveld, waar zij zich redelijk veilig konden wanen. Op 29-9-1943 werden de daar geïnterneerden overgebracht naar Westerbork, waar zij een jaar bleven. Vervolgens werden zij naar Theresienstadt gedeporteerd. Allen kwamen na de bevrijding weer terug.
  • wordt vermeld in 1945 in Zwitserland - In Zwitserland aangekomen, vrijgelaten uit het concentratiekamp Theresiënstadt in Bohemen.
  • woont in Zwitserland in 1945 - Aankomst met ouderlijk gezin in Zwitserland vanuit Theriesienstadt. Gingen naar (?) en daarna naar Mont-Pelerin. Karel ging met Fred naar Glion met het Prinses Beatrix Lyceum. Verder verloop: zie Marinus B.B. Nijkerk.
  • wordt vermeld op 10 mei 1949 te New York (USA) - Zijn oom Alfred Schoenlicht adviseert Karels vader Bob Nijkerk vanuit New York: Karel Joost heeft Alfred geschreven dat hij zich in de USA, met Bobs zwager, in schilderijen wil verdiepen. Alfred moedigt dit niet erg aan.
  • is psycholoog na 1950 - Begin vijftiger jaren gaat hij werken aan het Sociaal Pedagogisch Instituut, toen geleid door de hoogleraren Ten Have (sociale pedagogie) en Koekebakker (sociale psychologie). Hij wordt aangesteld voor het opzetten en uitvoeren van de groepspractica. Hij is er werkzaam tot 1980. Begin jaren vijftig: Nijkerk wordt één van de pioniers van de introductie van de praktijk en theorie van de groepsdynamica in Nederland. Het bijzondere van de wijze waarop hij (in de eerste jaren samen met Tjeerd Dibbits) deze practica inricht, is het ontdekkende karakter. Een oefenmiddag bestaat uit een korte theoretische inleiding, daarna een groepsoefening (zoals het gezamenlijk maken van een ontwerp voor een dorp) zonder begeleiding door stafleden en tenslotte de bespreking van wat studenten hebben waargenomen. De groepspractica zijn in het begin van de jaren vijftig het enige onderdeel van het studieprogramma waarin studenten ook daadwerkelijk “het sociale” beoefenen.
  • wordt vermeld op 9 oktober 1950 - Bij Koninklijk Besluit d.d. 9-10-1950: naamsverandering van Nieuwkerk in Nijkerk, voor Marinus Benjamin Barend Nieuwkerk en zijn minderjarige wettige nakomelingen.
  • wordt vermeld op 7 november 1950 te Amsterdam - Advocaten berichten dat de verandering van de naam Nieuwkerk in Nijkerk is toegestaan. De afschriften van de beschikking zijn te bestellen.
  • wonende Olympiaplein 37-39 te Amsterdam, wordt vermeld in 1952 te Amsterdam - Karel correpondeert met Hugo Nijkerk over Karels vermeende positie binnen de firma. In zijn mail 2008-124 stelt Karels broer dat Karel nooit een positie binnen de firma heeft bekleed.
  • wonende Amstel 274 te Amsterdam, wordt vermeld 1953 of 1954 te Amsterdam - Vervolg correspondentie met Hugo Nijkerk over Karels vermeende positie binnen de firma. Zie bron 2318-A: woonde aan de Amstel, in een studentenhuis. Daar woonde ook Karel Appel. Karel Nijkerk leende hem eens een tientje, dat Appel niet kon terugbetalen. In plaats daarvan accepteerde Nijkerk een schilderij van hem. Dat bracht later f. 40.000,-- op.
  • is psycholoog rond 1955 - Midden jaren vijftig: Samen met Marjan Schröder en Ella Goubitz is hij initiatiefnemer van de eerste opleiding tot Trainer in Sociale Relaties, onder auspiciën van en gefinancierd door het NIPG (waar Koekebakker één van de afdelingshoofden was). De opleiders waren medewerkers van het Institute of Social Research van Kurt Lewin (Massachusetts, USA), dezelfde groep die ook de theorie en methode van Planned Change ontwikkelde. Kernconcepten zijn: groepsproces, groepsontwikkeling gedurende de werkzaamheid van de groep en groepsfuncties. Groepsfuncties betreffen in het bijzonder de leiderschapsfuncties zoals initiëren, structuren en sociaal-emotioneel ondersteunen. Deze kernconcepten vormen ook de achtergrond van de theorie en praktijk van de groepspractica.
  • psycholoog, heeft een opleiding gevolgd van 1956 tot 1970 - Studeert psychologie en sociale psychologie aan de (Gemeente) Universiteit van Amsterdam en studeert af in 1956. In 1970 promoveert hij op het proefschrift “Internationale bijeenkomsten; een studie van interacties en een evaluatie”.
  • is psycholoog in mei 1969 - Tijdens de bezetting van het Instituut - intussen Instituut voor de Wetenschap der Andragogie (IWA) geheten -, gelijktijdig met de bezetting van het Maagdenhuis in mei 1969, richt hij zich op het bevorderen van de communicatie tussen de bezetters (studenten en stafleden) en professor Ten Have. Na de instituutsbezetting vertrekt Ten Have. Het aantal eerstejaars neemt toe van ongeveer 60 naar 150 jaarlijks begin jaren 70.
  • is psycholoog van 1970 tot 1979 - De jaren 70: Interactiepractica. De practica voor gespreksvoering en groepsprocessen worden geïntegreerd in “interactiepractica”, de staf heeft 4 fulltime medewerkers en 3 kandidaatsassistenten. Nijkerk is de senior en primus inter pares. De jaren 70 zijn de hoogtijjaren van de Andragologie en van het werk van de interactiestaf. Tegelijkertijd zijn het ook de zwaarste jaren, omdat vanaf ongeveer 1972/'73 ”het marxisme” de dominerende fractie onder de studenten wordt. Ook zijn er enkele marxistisch georiënteerde stafleden. Het gevolg is dat een op onderlinge overeenstemming afgestemde democratie onmogelijk wordt en machtsstrijd de sfeer gaat bepalen. De marxistische stroming kwalificeert aandacht voor interactie- en groepsprocessen als burgerlijke, onderdrukkende manipulatie en legt de nadruk op scholing in strategieën voor de strijd van de arbeidersklasse. Organisatieagologie: Ook de positie van organisatieagologie wordt omstreden, maar met de komst van Wim Vrakking, de praktijkachtergrond van Rob Gras en de inbreng van Karel Nijkerk ontstaat toch een specialisatie met eigen programmaonderdelen en praktijkstages en een toenemend aantal afstudeerders. Nijkerk brengt zijn kennis van groepsprocessen in. Deze zijn ook in gestructureerde sociale systemen als organisaties vaak van doorslaggevend belang, want de veranderingsprocessen in organisaties vinden plaats door, met en in kleinere groepen zoals werkteams, managementteams, projectgroepen, raden van bestuur of ondernemingsraden, niet in het minst door de ruimte die zij bieden aan de synergie van individuele kwaliteiten. Deze is vaak bepalend voor de prestaties en voor het ´esprit de corps´ in organisaties. De drie teamleden zijn met de andere betrokkenen zelf ook een voorbeeld van synergie van individuele kwaliteiten. Het project bij de NOS: Een en ander heeft geleid tot een groot organisatieveranderingsproject bij het Televisieproductie-bedrijf van de NOS, dat in opdracht van de Raad van Beheer van die institutie, vanuit het IWA werd opgezet en begeleid. Het is Karel Nijkerk, die via ergonomen van de Rijksuniversiteit Utrecht de vraag krijgt of andragologen kunnen helpen de sociale aspecten van conflicten over arbeidsomstandigheden van de televisieproductiemedewerkers - meer in het bijzonder van de cameralieden - te analyseren en te verbeteren. Deze vraagstelling past in de traditie van het organisatiewerk en meer in het bijzonder bij de Human Relations benadering van Mayo. Vanwege de multidisciplinaire aspecten van het vraagstuk schakelt Nijkerk andere IWA-medewerkers en studenten, die stages en leerprojecten zoeken, in. Het project heeft drie docenten en drie afstuderende organisatieagogen meer dan twee jaar bezig gehouden en heeft het IWA en de andragologie op de kaart gezet als praktijkgericht en effectief vakgebied voor organisatie-veranderingsprojecten. Karel Nijkerk is de procesbewaker pur sang, die bevordert dat deelnemers naar elkaar blijven luisteren, niemand gepasseerd wordt en onoplosbare weerstanden worden voorkomen door het volgen van juiste procedures. De door het IWA-team ontwikkelde aanpak wordt positief gewaardeerd door grote adviesbureaus. 1980 en later: Er blijft meer dan voldoende belangstelling voor de interactiepractica, maar voor Karel Nijkerk is het werken in een verdeeld instituut op den duur niet bevredigend. Hij vertrekt in 1980 en wordt universitair hoofddocent groeps- en interactieprocessen binnen de vakgroep Criminologie van de Juridische Faculteit van de Erasmus Universiteit.
  • Omtrent Karel Joost Nieuwkerk te Amsterdam wordt een gebeurtenis vermeld in 1998 - Hij is bezig met de restauratie van zijn vader's collectie in het Stedelijk Museum. Dat moest nodig gebeuren omdat nogal wat boeken ernstig hebben geleden na een verblijf van bijna zeventig jaar in het museum en omdat diverse interne verhuizingen ook hun sporen hebben nagelaten. Sinds het aantreden van Rudi Fuchs is de situatie echter aanzienlijk verbeterd en wordt de zeer mooie boeken collectie goed onderhouden en beheerd.
   ongedateerd
  • psycholoog, wordt vermeld - Publicaties: . Proefschrift in 1970, Internationale bijeenkomsten; een studie van interacties en een evaluatie. . Nijkerk, K.J. en Ph. H. Van Praag, met medewerking van mevr. J.F. Hulswit, Groepswerk, begrippen, velden, methoden, Samson Uitgeverij, 1974. . Karel Nijkerk (red. 1975), Training in tussenmenselijke verhoudingen. . Nijkerk, K.J., Van sociale pedagogiek naar andragologie, Tijdschrift voor agologie, 76 2, pag. 68-79. . Nijkerk, Karel, Catalogus van de tentoonstelling van een keuze uit de collectie van zijn vader, M.B.B. Nijkerk in het Stedelijk Museum (redactie), 1997. . Nijkerk, Karel e.a., Tegels en tegeltableaus van de Amsterdamse plateelbakkerij “De Distel” 1895-1925, Nederlands Tegelmuseum Otterlo, Lochem Druk, Lochem 2000. . Karel Nijkerk, Tien jaar Minotaurus, 1998, een artikel bij gelegenheid van een congres bij de viering van het tienjarig bestaan. Nijkerk is de congresvoorzitter. . 'Geef mij maar Schaerbeek', een bibliofiele uitgave voor het Gezelschap Nonpareil met herinneringen aan zijn vader en Jan Greshoff, 2001. De gehele en unieke collectie groepsdynamica boeken van Karel Nijkerk is na diens overlijden in 2007 door de erven Nijkerk geschonken aan de Kring Andragologie en is beschikbaar voor studenten en promovendi in de instituutsbibliotheek in de Valkenierstraat 65-67. Voor de samenstelling van bovenstaande tekst over Karel Nijkerk is naast de samensteller van Naam en Faam Gerhard van Vilsteren, eveneens dank verschuldigd aan dr. R.R. Gras en ir. Ruud Königel.
  • psycholoog, wordt vermeld - Naast zijn carrière als wetenschappelijk hoofdmedewerker is Karel Nijkerk vooral bekend als bibliofiel. Zijn liefde voor mooie boeken erfde hij van zijn vader, Bob (M.B.B.) Nijkerk. Toen in 1997 een deel van diens collectie tentoongesteld werd in het Stedelijk Museum, maakte Karel de catalogus. Karel Nijkerk bouwt gedurende zijn leven een prachtige, nieuwe verzameling modern bibliofiel drukwerk op. Aan het einde van zijn leven doet hij een waardevolle schenking - het boek Naenia van P.C. Boutens - aan Museum Meermanno. Naar aanleiding hiervan richt het museum in 2006 de expositie “Naenia, het zeldzaamste boek van de 20e eeuw” in. Het boek is zeldzaam omdat het in 1903 in een oplage van slechts twaalf exemplaren werd gedrukt door de firma Enschedé te Haarlem. Bijzonder is bovendien dat de exemplaren door Jan Toorop zijn voorzien van handgeschilderde initialen. Op de expositie worden elf van de twaalf exemplaren uitgestald, waardoor vergelijking goed mogelijk is. Bovendien wordt de briefwisseling tussen Boutens en de firma Enschedé getoond.
  • wordt vermeld - Was enkele jaren voorzitter van de Vereniging Vrienden van het Museum van het Boek; in Museum Meermanno Westreenianum in Den Haag.
  • Karel Joost Nieuwkerk wordt vermeld - Deze Karel Joost is Dr. Karel Nijkerk, die mij veel informatie, documentatie en foto's verstrekte.
  • Karel Joost Nieuwkerk is psycholoog - Zie bron 2318-A: was hoofddocent psychologie bij de Universiteit van Amsterdam. Femke Olofsen was ook doctor in de psychologie.

Eigen code:

V-8 achterkleinkind

Beschrijving

De aanvankelijke familienaam was Nieuwkerk, hoewel hij Nijkerk werd genoemd. Per KB in 1950 werd de achternaam officieel Nijkerk. Daarom is hier die naam aangehouden.


Woonplaatsen

  in 1926     annonce geboorte     Brussel    
  in 1942     gebeurtenis     Barneveld    
  in 1945     vermelding woonplaats     Zwitserland    
  in 1952     vermelding     Amsterdam     Olympiaplein 37-39
  1953 of 1954     vermelding     Amsterdam     Amstel 274
  in 1998     gebeurtenis     Amsterdam    

Beroepen

        vermelding     psycholoog  

Bronnen


Creative Commons-Licentie
2020, J. Sturkop