Vermeldingen

• is geboren op 11 april 1901 te Amsterdam.
• woont (bij ouder(s)) te Amsterdam voor 14 januari 1928 - Uitschrijving 14-1-1928 Groningen.
• woont te Groningen na 14 januari 1928.
• wordt vermeld tussen 1940 en 1945 - Van Max Jacques Roeper zijn verschillende documenten bewaard gebleven: een rijbewijs A en een reeks met de hand geschreven brieven aan zijn gezin vanuit het Huis van Bewaring te Groningen, de trein van Groningen naar Vught, het concentratiekamp Vught en een briefkaart uit Birkenau. Tevens is een met de hand geschreven brief bewaard van een derde aan de vrouw van Max Jacques Roeper van 16 november 1943 met de mededeling dat haar man naar Auschwitz op transport is gesteld.
• wordt vermeld tussen 1940 en 1945 - Echtgenote heeft de oorlog overleefd / Twee kinderen die nog thuis woonden hebben de oorlog overleefd.
• wordt vermeld van 1940 tot 1945 - Koos met anderen bewust voor de studentenvereniging Unitas en niet voor het Amsterdams Studenten Corps, omdat de ontgroening bij het corps bekend stond als extra zwaar voor Joodse aankomend studenten.
• is chirurg van 1940 tot 1945 - In Heerenveens gemeentelijk ziekenhuis zou een sfeer van verslagenheid hebben geheerst toen bekend werd dat de chirurg Max Roeper uit zijn functie ontheven zou worden. De geneesheer-directeur van het ziekenhuis schreef een brief over de situatie aan de provinciaal inspecteur van de Volksgezondheid, waarschijnlijk in de hoop dat deze iets voor Roeper zou kunnen betekenen. Een Joodse arts vond een fatsoenlijke collega die de praktijk voor hem waarnam, met de intentie die na de oorlog weer terug te geven. De Heerenveense chirurg Max Roeper en zijn vrouw raakten goed bevriend met die collega. Een arts bereidde zijn dochter voor op de onderduik, door de chirurg Max Roeper te hulp te roepen. Die maakte een ondiepe v-vormige incisie in het babyhuidje. Na de bevrijding, mogelijk pas na jaren, zouden zij haar daardoor herkennen. Normaal gesproken zou Roeper als rechtgeaard chirurg nooit ofte nimmer in een gezonde baby snijden. Het had het gewenste effect: na de bevrijding werden ouders en kind dankzij het litteken herenigd. Max Roeper werd gearresteerd vanwege verzetsactiviteiten. Hij dacht onderweg naar Vught met zijn functie als arts op een bepaalde mate van extra veiligheid te kunnen rekenen. Toen hij van het Huis van Bewaring in Groningen werd overgebracht naar Vught schreef hij naar huis: 'Als men nu maar niet vergeet erbij te zeggen dat ik arts ben, want dat scheelt een stuk natuurlijk.' Kennelijk lukte het hem inderdaad een functie als arts te bemachtigen, want hij schreef niet veel later: 'Heb voor mij geen zorg. Zoolang ik deze betrekking houd, is er geen gevaar voor mij en is er geen enkele reden tot ongerustheid. Vanuit Vught schreef hij aan zijn (niet-Joodse) echtgenote dat hij dankzij zijn beroep minder vrees koesterde voor zijn dreigende deportatie naar het Oosten. Hij redeneerde immers: 'waarschijnlijk heb ik kans door mijn beroep daar in den vreemde weer een functie te krijgen.
• woont te Groningen rond 1941 - Kraneweg 18, Groningen / Stationsplein 8, Heerenveen / Oude Koemarkt 6, Heerenveen / Heereweg 110, Groningen.
• wordt vermeld in overlijdensannonce in februari 1944 te Birkenau met de tekst: - Het ontstellende bericht is tot ons gekomen dat in februari 1944 in het concentratiekamp Birkenau op 43-jarige leeftijd is overleden aan vlektyphus, onze innig geliefde man en vader Max Jacques Roeper, chirurg. Uit aller naam L. Roeper-Piekema, Jacques, Frederik. Groningen, Heereweg 110.
• chirurg, is vermoord op 1 februari 1944 te Auschwitz (PL) (Plaats van overlijden volgens bron 5088-B. Daarin ook datum van overlijden: 18 januari 1945. Bron 5088-C: Overleden aan de gevolgen van vlektyfus).
• is als overleden aangegeven op 17 november 1945 te Groningen.

   ongedateerd

• wordt vermeld - Studeerde geneeskunde in Amsterdam en deed in 1926 zijn artsexamen. Hij specialiseerde zich tot chirurg en was vele jaren werkzaam als assistent in het Algemeen Provinciaal, Stads- en Academisch Ziekenhuis in Groningen. Woonde hij met zijn gezin op de Heereweg 110. Tijdens de bezetting zat hij in het artsenverzet. Vertrok in 1935 naar Heerenveen waar hij een chirurgisch-gynaecologische praktijk had. In de jaren 1940-1942 was hij ondanks het beroepsverbod voor joden werkzaam in Groningen. Ook in deze periode woonde hij op het adres Heereweg 110. In 1943 werd hij door een NSB-patient herkend en aangegeven. Na een verblijf in het Huis van Bewaring in Groningen werd hij naar kamp Vught gebracht vanwaar hij in november 1943 naar Auschwitz werd gedeporteerd. Op 30 januari 1944 stuurde hij vandaar een korte, laatste groet. Op 18 januari 1945 kwam hij in Auschwitz om het leven.

Eigen code:

Beschrijving

Woonplaatsen

Beroepen

Bronnen